Adam and Eve APP
In het boek Genesis van de Hebreeuwse Bijbel, hoofdstukken één tot en met vijf, zijn er twee scheppingsverhaal met twee verschillende perspectieven. In de eerste worden Adam en Eva niet genoemd (althans niet met name genoemd). In plaats daarvan, God schiep de mens naar Gods beeld en gaf hen te vermenigvuldigen en stewards meer dan alles wat God had gemaakt zijn. In het tweede verhaal, God mode Adam tegen stof en plaatst hem in de hof van Eden. Adam krijgt te horen dat hij kan tot aan de grond en vrij van alle bomen in de tuin eten, met uitzondering van een boom van kennis van goed en kwaad. Vervolgens Eve wordt gemaakt van een van Adams ribben Adam's metgezel. Ze zijn onschuldig en onbelemmerde over hun naaktheid. Echter, een slang bedriegt Eva in het eten van fruit van de verboden boom, en ze geeft een deel van de vrucht aan Adam. Deze daden geef ze extra kennis, maar het geeft hen de mogelijkheid om negatieve en destructieve concepten zoals schaamte en kwaad toveren. God vervloekt later de slang en de grond. God zegt profetisch de vrouw en de man wat de gevolgen van hun zonde van ongehoorzaamheid aan God zal zijn. Dan stoot hij hen uit de Hof van Eden.